Krachtenveldmodel

Het krachtenveld van de organisatie.

Het krachtenveld van de organisatie laat zich beschrijven aan de hand van de drie basisprocessen die elke organisatie kent, namelijk:
  • het beleidsvormingsproces;
  • het operationele proces;
  • het organisatorische proces.
Deze processen ontstaan en verlopen in een spanningsveld tussen steeds twee polaire invloeden of krachten. Polair: de krachten werken tegengesteld, als elkaars opponent, maar zijn tevens van elkaar afhankelijk, roepen elkaar op, kunnen zonder elkaar niet bestaan. Zo vindt beleidsvorming plaats onder invloed van enerzijds visie (wat moet onze organisatie worden); anderzijds de realiteit, binnen en buiten de organisatie. De realiteit tast onze visie aan, respectievelijk de visie poogt de realiteit te veranderen. Op elk niveau in de organisatie moet deze dialoog tussen visie en realiteit tot zijn recht komen, wil er een levend, stromend, beïnvloedend beleidsvormingsproces ontstaan.

Op dezelfde wijze bevinden zich de operationele processen (de kerntaken of primaire processen) tussen de krachten van doel en middelen. De gestelde doelen stellen eisen aan, en beïnvloeden de middelen (menselijke capaciteiten, techniek, tijd en geld). De middelen zijn meestal inert, hebben ontwikkelingstijd nodig en beperken daarmee het stellen van de doelen.
In het organisatieproces heerst het spanningsveld van de vormgeving (structuur, procedures) enerzijds, de kracht van de verandering anderzijds. Verandering tast de vorm aan, vorm verzet zich tegen verandering. Tegelijkertijd hebben ze elkaar nodig want verandering vraagt om nieuwe vorm (wil er geen chaos blijven) en vorm vraagt om verandering (wil er geen verstarring optreden).
In bovenstaande figuur is dit alles nog eens samengebracht. Daarbij wordt tevens tot uitdrukking gebracht dat deze drie basisprocessen weliswaar kunnen worden onderscheiden, maar niet gescheiden. Op elk punt van de organisatie gaan zij in elkaar over, zijn zij in elkaar vervlochten. De lemniscaat is het symbool voor de wisselwerking tussen de polaire kwaliteiten.